Test bestaande uit zes subtests:- Woordenschat (WS): 34 woorden waarbij de leerling uit vier woorden het juiste synoniem moet kiezen, tijdslimiet van 15 minuten.- Verbale Analogieën (VA): 34 opgaven bestaande uit een analogieredenering met vier...
Observatieschaal bestaande uit 60 vragen die betrekking hebben op het gedrag van de persoon, bijvoorbeeld ‘vergeet tijdens dagelijkse routinebezigheden wat hij aan het doen is (eten, verzorging, tafel dekken)'. De eerste 20 items hebben...
Test bestaande uit zes subtests:- Woordenschat (WS): 34 woorden waarbij de leerling uit vier woorden het juiste synoniem moet kiezen.- Verbale Analogieën (VA): 34 opgaven bestaande uit een analogieredenering met vier antwoordmogelijkheden.-...
Observatieschaal die wordt ingevuld door groepsleid(st)ers die patiënt goed kennen. Het gedrag van de laatste twee maanden moet worden ingevuld. De uitwerking van de schaal geschiedt door een psycholoog of arts. De schaal bestaat uit 50 items...
Schaal met 31 in de dagelijkse omgang waarneembare items. In een gestructureerd vraaggesprek met ouders, verzorgers of begeleiders worden de items van de SRZ-i ingevuld. Elk item is onderverdeeld in vier in moeilijkheidsgraad oplopende subitems....
De schooltoets heeft 16 taken met elk 25 tot 30 multiple-choice opgaven.Taken Taal: Schrijven van teksten, Spellen, Herkennen van de persoonsvorm, Begrijpend lezen, Woordenschat. Taken Rekenen-Wiskunde: Getallen, bewerkingen, breuken,...
Test met 87 items waarbij een in moeilijkheidsgraad opklimmende reeks van reactietaken (12 secties) aan het kind wordt voorgelegd. Het materiaal bestaat uit een koffer met 11 zakjes met (miniatuur)voorwerpen, miniatuurfiguren en een plaat met...
Testbatterij van vier zelfstandige tests: Zinsontwikkeling (40 items), Woordontwikkeling (62 items), Auditief geheugen (15 items) en de Lexilijst (309 woorden en tien zinnetjes), waarbij de ouders invullen welke woorden het kind kent. Met los...
De CPZ bestaat uit twee delen:A. een vragenlijst met 109 items die het gebruik van vocale en non-vocale communicatievormen in de dagelijkse leefwereld gedurende de laatste twee maanden inventariseert. De lijst wordt vanuit het geheugen...
De test bestaat uit een blad met 33 regels van elk 24 figuren met 3, 4 of 5 stippen. De 4-stip figuren zijn voor 50% vierkant en voor 50% ruitvormig. Men moet zo snel mogelijk, ononderbroken, alle 4-stip figuren doorstrepen. Er zijn twee oefenregels.