Vragenlijst die de mate van agressie bij jeugdigen beoogt te meten. Het instrument bevat 32 items en bestaat uit één hoofddimensie, die het totaal aan agressief gedrag in kaart brengt. Daarbinnen wordt onderscheid gemaakt in twee subdimensies...
Test bestaande uit zes subtests:- Woordenschat (WS): 34 woorden waarbij de leerling uit vier woorden het juiste synoniem moet kiezen, tijdslimiet van 15 minuten.- Verbale Analogieën (VA): 34 opgaven bestaande uit een analogieredenering met vier...
Test bestaande uit zes subtests:- Woordenschat (WS): 34 woorden waarbij de leerling uit vier woorden het juiste synoniem moet kiezen.- Verbale Analogieën (VA): 34 opgaven bestaande uit een analogieredenering met vier antwoordmogelijkheden.-...
De schooltoets heeft 16 taken met elk 25 tot 30 multiple-choice opgaven.Taken Taal: Schrijven van teksten, Spellen, Herkennen van de persoonsvorm, Begrijpend lezen, Woordenschat. Taken Rekenen-Wiskunde: Getallen, bewerkingen, breuken,...
Schooltoets/observatieschaal met vijf onderdelen: 1. Persoonlijke gegevens, 2. Zinsprosodie (30 items), 3. Score verstaanbaarheid, 4. Woordklemtoon (15 items), 5. Klanken in woorden/minimale paren (30 items). Tijdens de afname wordt de...
Diagnostisch instrument o.a. gebaseerd op het model voor de verwerving van de fonologie van een tweede taal (James, 1987). DUIM bestaat uit acht onderdelen:1. Achtergrondinformatie, 2. Screening spontane spraak, 3. Beoordeling...
Test met negen kaarten met getekende figuren of configuraties. De eerste kaart dient ter introductie. Opdracht: de gegeven figuren natekenen. Wordt o.a. gebruikt voor de screening op hersenorganiciteit.
Toestel dat in niet-systematische volgorde visuele en acoustische prikkels geeft waarop specifieke reacties worden verlangd.
Gedurende een zeer korte tijd (1/4 sec.) wordt op een projectiescherm een diabeeld aangeboden. Men moet vaststellen welke objecten zijn waargenomen. Op het antwoordformulier moet men een kruisje zetten bij ieder waargenomen object. Zes objecten...
De test heeft verschillende vormen voor kleuters, schoolkinderen en volwassenen. De testopgaven bestaan uit één normfiguur en vier tot acht varianten hiervan, waarvan er één identiek is aan de normfiguur. Men moet de identieke figuur kiezen.