De vragenlijst bestaat uit 89 vragen met meervoudige antwoordvorm. De jongere kiest het antwoord dat op hem/haar het meest van toepassing is. Er zijn vier subschalen: P (34 items), F- (14 items), F+ (18 items) en SW (23 items).
De test bestaat uit een blad met 100 paren beroepen. Van elk paar moet de cliënt het meest aantrekkelijke kiezen. De beroepenparen staan in tien rijen en tien kolommen. De TBT meet tien interessefactoren en elk van hen wordt vertegenwoordigd...