De evaluatieschaal bestaat uit zes kaarten met beschrijving en tekening van zes institutionele woonvoorzieningen: van klassiek paviljoen tot zelfstandig wonen. Patiënt moet deze kaarten naar voorkeur rangordenen. Deze volgorde wordt genoteerd...
De test bestaat uit drie subtests van de GIT: Cijferen, Legkaart en Woordmatrijs. Elke subtest heeft drie oefenitems, alle items worden aangeboden.
Niet-verbale beroepskeuzetest met 156 concrete afbeeldingen van beroepen door middel van foto's. 13 beroepssectoren worden gerepresenteerd, waarbij het accent valt op handenarbeid en diensten. De cliënt moet 78 keer kiezen uit twee foto's. Per...