Observatie-instrument waarin een bouw- en spelopdracht centraal staat. Een kind bouwt een hut in een spellokaal, beantwoordt een drietal vragen over de hut en wordt uitgenodigd een kort verhaal te verzinnen rond de drie gegeven antwoorden en dit...
De observatieschaal bestaat uit 120 zevenpuntsschalen waarop de beoordelaar steeds een gedragsaspect van de jeugdige moet scoren. De schalen vormen samen 10 min of meer geïntercorreleerde gedragspatronen (gebaseerd op voorlopige patronen van...
De vragenlijst bestaat uit 89 vragen met meervoudige antwoordvorm. De jongere kiest het antwoord dat op hem/haar het meest van toepassing is. Er zijn vier subschalen: P (34 items), F- (14 items), F+ (18 items) en SW (23 items).