Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Test met 204 items gericht op de receptieve kennis van woordenschat. De aangeboden doelwoorden zijn verdeeld over verschillende categorieën woordsoorten:- werkwoorden;- bijvoeglijk naamwoorden;- zelfstandig naamwoorden;- woordgroepen.Daarnaast...
Observatieschaal met 123 gedragsbeschrijvingen (in groepjes van vier tot tien) die wordt ingevuld door onderwijsgevenden. De items zijn verdeeld over 19 situaties die ingedeeld zijn in vijf hoofdcategorieën: Interactie met onderwijzer(es),...