Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Het instrument bestaat uit 13 subtests, onderverdeeld naar twee domeinen en vier subdomeinen. Binnen het domein ‘spraak' wordt onderscheid gemaakt naar de subdomeinen ‘auditieve verwerking' en ‘spraakproductie' en binnen het domein ‘taal' naar...
Observatieschaal met 33 items die vier subschalen omvatten:Aandachtstekort (7 items), Rusteloosheid (4 items), Agressief gedrag (6 items) en Angst/onzekerheid (4 items). Twaalf items worden buiten beschouwing gelaten.De items zijn o.a....
De observatieschaal bestaat uit 120 zevenpuntsschalen waarop de beoordelaar steeds een gedragsaspect van de jeugdige moet scoren. De schalen vormen samen 10 min of meer geïntercorreleerde gedragspatronen (gebaseerd op voorlopige patronen van...