Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Het instrument bestaat uit 13 subtests, onderverdeeld naar twee domeinen en vier subdomeinen. Binnen het domein ‘spraak' wordt onderscheid gemaakt naar de subdomeinen ‘auditieve verwerking' en ‘spraakproductie' en binnen het domein ‘taal' naar...
Testbatterij voor de screening van neuropsychologische functies op drie niveaus van cognitieve complexiteit. Deze drie niveaus komen overeen met het model van Alexander Luria over functionele eenheden in het brein (1966-1980). Samengevat...
Leerdoelgerichte schooltoets (niet gebonden aan bepaalde lees- of taalmethode) die begrijpend lezen meet op woordniveau. De Woordenschattest heeft 28 items waarbij de leerling uit vier alternatieven het woord moet kiezen dat qua betekenis het...