Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Schooltoets bestaand uit vier woordleeskaarten met 30 tot 33 items van gelijk moeilijkheidsniveau per kaart. De kaarten lopen geleidelijk op w.b. complexiteit van de orthografische structuren. Het bereik komt globaal overeen met AVI-niveaus 1...
Vragenlijst met 26 items. Cliënt moet aangeven hoe vaak per maand bepaalde klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid, gevoel flauw te vallen e.d. voorkomen. Frequentiescoring op een zespuntsschaal.