Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
Vragenlijst met 133 items waarbij respondent op vijfpuntsschalen moet aangeven in welke mate de bewering van toepassing is, van ‘heel zelden’ tot ‘heel vaak’. Er zijn vijf onderdelen die samen 15 subschalen bevatten:Intrapersoonlijke aspecten:...
Vragenlijst met 197 items waarop cliënt aangeeft met ‘waar', ‘?' of ‘onwaar' in hoeverre elke uitspraak voor hem kenmerkend is geweest gedurende de laatste vijf jaar. Daarnaast gaan 15 items de algemene criteria van een persoonlijkheidsstoornis...
Evaluatieschaal bestaand uit vijf items waarbij patiënt gevraagd wordt zijn gezondheidstoestand van vandaag te beschrijven. Er zijn drie antwoordmogelijkheden : geen, matige of ernstige problemen. De Euroqol kan zelfstandig worden ingevuld.Met...