Test bestaande uit drie subtests, ‘Matrices’, ‘Puzzels’ en ‘Gewichten’, van ieder 25 items. Bij ‘Matrices’ kijkt het kind naar een onvolledige matrix en selecteert uit acht antwoordopties het antwoord dat in het lege vak hoort en de matrix...
Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.
Vragenlijst met 44 items die drie schalen omvatten: Cohesie met 23 items, Adaptatie met 13 items en Sociale wenselijkheid met 8 items. Elke dimensie bestaat uit vier niveaus van gezinsfunctioneren, van (zeer) laag tot (zeer) hoog. Elk gezinslid...