De toets bestaat uit 40 opdrachten voorafgegaan door een oefenitem. Het receptieve deel heeft 30 opdrachten waarbij het kind een plaatje moet aanwijzen en omvat Lichaamsdelen, Houdingen, Bewegingen, Positie in de ruimte en Richting en afstand in...
De test bestaat uit één item en is gebaseerd op Guilfords SI-model. Men moet zoveel mogelijk relevante aspecten aan een probleem opnoemen.
Test met negen subtests: synoniemen, getallenreeksen, verbale analogieën, figuuranalogieën, tekens invullen, woorden invullen, figuur uitslagen, categorieën, figuur intekenen.