ENTREETOETS GROEP 7, ET7, 2013

Schooltoets met 16 verplichte en 4 optionele taken voor taal. Het aantal multiple choice opgaven varieert per taak van 20 tot 130 opgaven. Er zijn in totaal 420 verplichte opgavenTaken per vakgebied met het aantal opgaven (optionele taken staan...

JUNIOR NEDERLANDSE PERSOONLIJKHEIDS VRAGENLIJST, NPV-J, 1981

Vragenlijst met 105 items met drie antwoordmogelijkheden. Instructie vooraf. Er zijn vijf subschalen: Inade­kwatie/neuroticisme (IN), Volharding (VO), Sociale Inadekwatie (SI), Recalcitrantie (RE) en Dominantie (DO).De NPV-J kan gebruikt worden...

NEDERLANDSE PERSOONLIJKHEIDS VRAGENLIJST, NPV, 1974

herziene uitgave 2000

Vragenlijst met 133 items die beantwoord moeten worden met juist, ?, of onjuist. Er zijn zeven schalen: de Inadequatieschaal (IN) met 21 items, de Sociale Inadequatieschaal (SI) met 15 items, de Rigiditeitschaal (RG) met 25 items, de...

MINNESOTA MULTIPHASIC PERSONALITY INVENTORY-2, MMPI-2 TM, 1993

Vlaams-Nederlandse bewerking van de Minnesota Multiphasic Personality Inventory (MMPI-2) van J.N. Butcher, W.G. Dahlstrom, J.R. Graham, A. Tellegen en B. Kaemmer (1989)

Boekje met 567 vragen/beweringen die met ‘Akkoord' of ‘Niet Akkoord' beantwoord moeten worden. De eerste 370 items vormen de tien klinische hoofdschalen: Hs, D, Hy, Pd, Mf, Pa, Pt, Sc, Ma en Si.Er zijn zeven controleschalen (validiteitsschalen):...

SCHAAL VOOR INTERPERSOONLIJK GEDRAG, VERSIE VOOR ADOLESCENTEN, SIG-A, 1995

Bewerking van de SIG, 1984

De SIG-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de SIG. De vragenlijst heeft 47 items, waarbij voor elke situatie m.b.v. een vierpuntsschaal aangegeven moet worden hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men door eigen...

SCHAAL VOOR INTERPERSOONLIJK GEDRAG, SIG, 1984

‘State’ vragenlijst met 50 items waarbij men bij elke situatie m.b.v. een vijfpuntsschaal moet aangeven hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men in die situatie verkeert door eigen toedoen. De vier subschalen zijn: NEG, het uiten van...

GUILFORD-LTP TEMPERAMENT SURVEY, GLTS ‘94, 1994

Aanpassing van de GLTS (1974)

Vragenlijst met 119 items, verdeeld over zeven schalen:E: sociale extraversie met emotioneel aspect, 23 items;G: gevoelsmatigheid, asthenie, emotionele kwetsbaarheid, 19 items;R: reagibiliteit, actief, doenerig, ondernemend, 17 items;A:...

NEDERLANDSE VERKORTE MMPI, NVM, 1980

Vragenlijst met 83 items met drie antwoordmogelijkheden. Instructie vooraf. Vijf subschalen: negativisme (NEG), somatisering (SOM), verlegenheid (VERL), ernstige psychopathologie (PSY) en extraversie (EX).De NVM is sinds 2003 vervangen door de...

RORSCHACHTEST, 1921

De methode bestaat uit tien platen waarop deels achromatische, deels chromatische symmetrische vlekken staan. De platen vormen het stimulusmateriaal. Cliënt moet zeggen wat de vlekken kunnen voorstellen. De scoring en inter­pretatie verschilt...

VIER PLATEN TEST, VPT, 1948

De test bestaat uit vier platen met vage, gekleurde voorstellingen die één minuut getoond worden. Cliënt moet een verhaal schrijven, waarin alle vier de afgebeelde situaties voorkomen. De volgorde van de platen in het verhaal is vrij. Vooraf...