Test bestaande uit twee leeskaarten (vorm A en B) met op elke leeskaart 116 pseudowoorden (d.w.z. uitspreekbare nonsenswoorden) in oplopende moeilijkheidsgraad die geordend zijn in vier kolommen met 29 woorden.Het kind moet de pseudowoorden van...
De VAT bestaat uit twee series van zes tekeningen met één of twee objecten. De tekeningen zijn in boekvorm of als PC-programma beschikbaar. Op de associatieplaten staat een combinatie van een cue en een doelstimulus. Op de andere platen staat...
Batterij van zeven bestaande tests die zijn gecomputeriseerd en waarbij een Response Device nodig is voor een gestandaardiseerde afname.De tests zijn: 1. Reaction time; 2. Mathematical Processing; 3. Memory Search; 4. Spatial Processing; 5....
De vragenlijst bestaat uit 52 items met de volgende schalen: Welbevinden (W), Invaliditeitsbeleven (I), Ontstemming (O), Sociale geremdheid (S). Antwoordcategorieën: juist/?/onjuist.