De BOB is geconstrueerd door samenvoeging van subtests uit de Test Basisschool I en II, TBS, 1979. De acht subtests omvatten drie factoren: Verbale aanleg, Rekenkundige aanleg en Algemeen logisch inzicht en meten ook het werktempo. De...
De vragenlijst is gebaseerd op het stressmodel van Lazarus (1970) en de attributietheorie van Weiner (1972) en bestaat uit vier delen:A. Subjectieve Gezinsbelasting; vragenlijst met acht categorieën zoals Acceptatie, Aankunnen, Problemen hebben...
De UCL-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de UCL. Van 17 items werd de UCL-formulering gewijzigd en bij veel andere werden kleine aanpassingen aangebracht. De vragenlijst heeft 47 items die zeven subschalen omvatten:...
De VSPS is gebaseerd op het meervoudig risicomodel van psychosociale (gedrags)proble-matiek bij jeugdigen van Van der Ploeg en Scholte (1990-1997) dat vijf belangrijke risicogebieden omvat (gedrag, persoonlijkheid, gezinsmilieu, schoolsituatie,...
De observatieschaal ZAS heeft zes subschalen (totaal 40 items) waarin de geboden zorg op zes gebieden moet worden aangegeven (‘patiënt voert taak zelfstandig uit' tot ‘wordt geheel door begeleiderovergenomen') en 1 subschaal waarin de...
Begeleidingsinstrument met 120 items; op vijfpuntsschalen wordt aangegeven in hoeverre men zichzelf herkent in de uitspraken. Er zijn drie onderdelen: Studieactiviteiten (55 items), Studiemotivatie (25 items) en Studieopvattingen (40 items).De...
Begeleidingsinstrument dat met 85 items 10 gebieden omvat m.b.t. studiegewoonten en -gedrag: motivatie, concentratie, studie-aanpak, tekstanalyse, planning, taakaanpak, memoriseren, faalangst, lichamelijke conditie en welbevinden. Op...
Begeleidingsinstrument met 33 items die acht subschalen omvatten: Procrastinatie, Studie te moeilijk, Toekomstperspectief, Extrinsieke belemmeringen, Extrinsieke verwachtingen, Sociale teruggetrokkenheid, Prestatiemotivatie, Studie valt...
De SIG-A is een voor jonge adolescenten bewerkte versie van de SIG. De vragenlijst heeft 47 items, waarbij voor elke situatie m.b.v. een vierpuntsschaal aangegeven moet worden hoe gespannen men is en vervolgens hoe frequent men door eigen...
De MPVC is met uitzondering van twee items gelijk aan de MPVH en bestaat uit 52 items met antwoordcategorieën juist, ? en onjuist. Patiënt moet aangeven welk antwoord de laatste tijd op hem van toepassing is. De vier subschalen zijn...