Vragenlijst waarmee beoogd wordt om emotionele intelligentie bij kinderen en jeugdigen te meten. Het instrument heeft twee varianten: een informatenrapportage die ingevuld wordt door de ouders/opvoeders van het kind/de jeugdige of door andere...
Vragenlijst die deel uitmaakt van de set vragenlijsten Gezin & Opvoeding (VG&O). Dit zijn vier vragenlijsten die verschillende aspecten van de opvoedingsomgeving in beeld brengen. De vragenlijsten kunnen ook los van elkaar worden...
Begeleidingsinstrument met 50 klachten en verschijnselen waarvan patiënt op vijfpuntsschalen moet aangeven hoe vaak deze de afgelopen week zijn ervaren.De 4DKL omvat vier subschalen: Distress (symptomen van stress en surmenage, 16 items),...
De NDT-2003 kan als opvolger van de IBO Differentiatietest (1979) worden beschouwd en bestaat uit 9 subtests, die 10 opdrachten bevatten. Hieruit worden vijf factoren afgeleid:1. Redeneervermogen (Reeksen en Figuren); 2. Verbaal vermogen (Zinnen...
De evaluatieschaal bestaat uit twee gedeelten. Het eerste deel met 24 items vraagt naar gedachten en gevoelens (taakspecifieke cognities en emoties) van leerlingen voorafgaand aan een taak, het tweede deel met 14 items vraagt naar de gedachten...
De vragenlijst is gebaseerd op het stressmodel van Lazarus (1970) en de attributietheorie van Weiner (1972) en bestaat uit vier delen:A. Subjectieve Gezinsbelasting; vragenlijst met acht categorieën zoals Acceptatie, Aankunnen, Problemen hebben...
De VSPS is gebaseerd op het meervoudig risicomodel van psychosociale (gedrags)proble-matiek bij jeugdigen van Van der Ploeg en Scholte (1990-1997) dat vijf belangrijke risicogebieden omvat (gedrag, persoonlijkheid, gezinsmilieu, schoolsituatie,...
De observatieschaal ZAS heeft zes subschalen (totaal 40 items) waarin de geboden zorg op zes gebieden moet worden aangegeven (‘patiënt voert taak zelfstandig uit' tot ‘wordt geheel door begeleiderovergenomen') en 1 subschaal waarin de...
De MPVC is met uitzondering van twee items gelijk aan de MPVH en bestaat uit 52 items met antwoordcategorieën juist, ? en onjuist. Patiënt moet aangeven welk antwoord de laatste tijd op hem van toepassing is. De vier subschalen zijn...
De CBV heeft 10 items, die betrekking hebben op gevoelens en gedachten die respondent in het algemeen heeft vóór een wedstrijd. Er zijn vijf afleidingsitems. Drie antwoordmogelijkheden. De CBV wordt niet direct vóór een wedstrijd afgenomen maar ...