De WPPSI-IV-NL bestaat uit 15 subtests. Voor jongere kinderen zijn minder subtests beschikbaar dan voor oudere kinderen:leeftijdsband ‘2:6-3:11 jaar’, zeven subtests: ‘Receptieve Woordenschat’, ‘Blokpatronen’, ‘Plaatjesreeksen’, ‘Informatie’,...
Test met veertien subtests, te weten tien primaire subtests en vier aanvullende, secundaire subtests. Acht subtests waren ook opgenomen in de WISC-IIINL: ‘Blokpatronen’, ‘Overeenkomsten’, ‘Cijferreeksen’, ‘Substitutie’, ‘Woordkennis’, ‘Symbolen...
Vragenlijst met 33 items gericht op eetgedrag met vijf antwoordalternatieven: nooit (1), zelden (2), soms (3), vaak (4) en zeer vaak (5). Een voorbeelditem is: ‘Als u iets tegenzit of verkeerd gaat, heb u dan zin om iets te eten?' De NVE bestaat...
Vragenlijst met 59 gestandaardiseerde items, verdeeld over zeven schalen:1. Zelfvertrouwen (8 items): het gevoel en geloof dat een sporter goed kan presteren en succesvol kan zijn in zijn sport.2. Controle over negatieve energie (9 items):...
De vragenlijst bestaat uit dertig items verdeeld over drie schalen: Werkstressindex, Werkstressintensiteit en Werkstressfrequentie en zes subschalen: Werkdrukindex, Werkdrukintensiteit, Werkdrukfrequentie, Sociale steunindex, Sociale...
Begeleidingsinstrument met 50 klachten en verschijnselen waarvan patiënt op vijfpuntsschalen moet aangeven hoe vaak deze de afgelopen week zijn ervaren.De 4DKL omvat vier subschalen: Distress (symptomen van stress en surmenage, 16 items),...
Vragenlijst met 25 situatiebeschrijvingen en 125 response-uitspraken (vijf per situatiebeschrijving). Het instrument heeft negen schalen: Algemene Prestatiegerichtheid, Directe Prestatiedomein, Instrumenteel Prestatiedomein, Relationeel...
Vragenlijst met 14 items met betrekking tot catastrofale gedachten over mogelijke consequenties bij een angstaanval. Respondent moet aangeven op een vijfpuntsschaal (van ‘nooit' tot ‘altijd') hoe vaak iedere gedachte voorkomt bij angst of...
Schaal met 44 items. Men beantwoordt op visueel analoge schalen (van "doe ik nooit" tot "doe ik altijd") in hoeverre men gebruik maakt van de volgende copingstrategieën: 1. Aandacht afleiden, 2. Herinterpreteren van pijnsensaties, 3. Zelf...
Observatieschaal bestaand uit 60 items die 17 gedragspatronen omvatten, zoals afleidbaarheid, emotioneel isolement, gebrekkige coördinatie en lichaamstonus. De items worden gescoord op een vijfpuntsschaal (gedeeltelijk achtpunts) van ‘nooit' tot...