De WPPSI-IV-NL bestaat uit 15 subtests. Voor jongere kinderen zijn minder subtests beschikbaar dan voor oudere kinderen:leeftijdsband ‘2:6-3:11 jaar’, zeven subtests: ‘Receptieve Woordenschat’, ‘Blokpatronen’, ‘Plaatjesreeksen’, ‘Informatie’,...
Test met veertien subtests, te weten tien primaire subtests en vier aanvullende, secundaire subtests. Acht subtests waren ook opgenomen in de WISC-IIINL: ‘Blokpatronen’, ‘Overeenkomsten’, ‘Cijferreeksen’, ‘Substitutie’, ‘Woordkennis’, ‘Symbolen...
Vragenlijst waarmee beoogd wordt om emotionele intelligentie bij kinderen en jeugdigen te meten. Het instrument heeft twee varianten: een informatenrapportage die ingevuld wordt door de ouders/opvoeders van het kind/de jeugdige of door andere...
Vragenlijst die is bedoeld om te worden gebruikt als screenings- en signaleringsinstrument voor suïcidaliteit onder jongeren. De VOZZ bevat 39 items op een vijfpuntsschaal, die betrekking hebben op gedachten, gevoelens en gedrag van de jongere...
Vragenlijst met 59 gestandaardiseerde items, verdeeld over zeven schalen:1. Zelfvertrouwen (8 items): het gevoel en geloof dat een sporter goed kan presteren en succesvol kan zijn in zijn sport.2. Controle over negatieve energie (9 items):...
De vragenlijst bestaat uit dertig items verdeeld over drie schalen: Werkstressindex, Werkstressintensiteit en Werkstressfrequentie en zes subschalen: Werkdrukindex, Werkdrukintensiteit, Werkdrukfrequentie, Sociale steunindex, Sociale...
Observatieschaal die wordt ingevuld door groepsleid(st)ers die patiënt goed kennen. Het gedrag van de laatste twee maanden moet worden ingevuld. De uitwerking van de schaal geschiedt door een psycholoog of arts. De schaal bestaat uit 50 items...
Vragenlijst met 25 situatiebeschrijvingen en 125 response-uitspraken (vijf per situatiebeschrijving). Het instrument heeft negen schalen: Algemene Prestatiegerichtheid, Directe Prestatiedomein, Instrumenteel Prestatiedomein, Relationeel...
Vragenlijst met 25/21 items die verwijzen naar concreet gedrag, opvattingen en affect tussen een ouder en een kind. Op vijfpuntsschalen moet respondent aangeven in welke mate het gedrag voor komt of het item van toepassing is. M.b.v. een aparte...
Observatieschaal met 16 items die bezigheden omschrijven m.b.t. onthouden en nadenken. Aan de informant (familielid of verzorgende) wordt gevraagd op vijfpuntsschalen, van "veel beter" via "niet veranderd" tot "veel slechter", aan te geven...